Lac de Fragne 2014
Het is begin september als ik samen met vismaten Simon, Ian en Thomas voor een tweede keer naar Lac de Fragne rijdt. Het water is een privéwater van 17 ha in het midden van Frankrijk. Omdat het water volledig voor onszelf is, hebben we alle ruimte om in alle rust ons ding te doen. Beter wordt het eigenlijk niet. Het vorige jaar is erg goed bevallen met 26 vissen op de kant, waaronder drie betere exemplaren, twee veertigers en een dertiger.
Het idee was om de ervaringen van verleden jaar te gebruiken om dit jaar meer en constanter vis op de mat te krijgen. Uiteraard heb je niet alles in de hand, maar we hadden goed vertrouwen in onze technische en tactische aanpassingen. Omdat we verleden jaar merkten dat de vissen veel langs de kant aasden, hebben we gekozen voor gevlochten lijn om zo over een langere afstand toch goede beetregistratie te behouden (+/-200 meter op sommige plekken). Tactische aanpassingen waren om de eerste dagen beperkt te voeren waar gevist werd, om zo wat vlotter vangsten te generen en daarbij een paar stekken aan te voeren voor op de langere termijn. In 2013 kozen wij voor een grote voerstek op het midden van het water om daar gezamenlijk op te vissen. Helaas zonder al te veel succes.
We hadden met de eigenaar van het water afgesproken om van vrijdag tot zaterdag de volgende week te vissen. Acht nachten vissen op een water, zonder rekening te moeten houden met andere vissers, een heerlijke vooruitzicht.
Na wat voorbereidingen, voer halen en prepareren en alles spullen verzamelen was het eindelijk vrijdagochtend geworden. We zouden stipt om vijf uur gaan rijden en zo is het ook gegaan. Een tocht van ongeveer tien uur voor de boeg, hopelijk de files vermijdend door het vroege moment van rijden. De files van Antwerpen en Parijs vielen inderdaad reuze mee, maar helaas ruim een uur vertraging bij Lille. Geen pretje met een zware aanhanger achter de auto, maar alles is zonder problemen verlopen en iets later dan gepland komen we rond kwart voor vier aan bij het water. Snel werden de wagens leeggehaald en besproken wie boodschappen gaat doen en wie de spullen zou overvaren naar de landtong vanwaar we gaan starten. Net als verleden jaar gaan Simon en ik naar de winkel. Geen slecht plan aangezien er een McDonalds naast de Carrefour zit. Het avondeten is in ieder geval geregeld.
Als alle spullen over zijn eten we de burgers en loten we wie waar op de landtong gaat vissen. Simon en ik loten de linkerkant. Deze kant leverde verleden jaar de eerste zes vissen op dus uiteraard waren we hier blij mee. Deze arm loopt door tot aan het reservaat, een plek waar ik verleden jaar met Thomas goed gevangen heb. De vissen waren kleiner van formaat, tot 15kg, maar 14 runs in drie nachten lijkt me niet verkeerd. Vertrouwen hebben we dan ook zeker dat het dit jaar goed gaat komen.
Rond negen uur liggen alle lijnen in, het wordt eigenlijk net iets te vroeg donker maar we redden het net. Het wachten kan beginnen. De eerste blikken Kronenbourg smaken ons goed en rond één uur gaan we plat. We zijn bijna 21 uur bezig geweest en toe aan wat slaap. Niet te lang natuurlijk, want nog meer toe zijn we aan vis op de kant.
Rond een uurtje of drie krijg ik om de zoveel tijd een piep op mijn rechter hengel. Hart in mijn keel maar de aanbeet zet niet door. Ik besluit na een aantal piepen (en hartaanvallen) om de hengel op te pakken om zo te controleren of ik misschien wat kleins aan de haak heb maar voel geen beweging aan de andere kant van de gevlochten lijn. Ik leg de hengel weer terug en ga weer liggen. Na weer een kwartier toch een trage oploper en ik pak de hengel op. Simon komt aangelopen, hij schrikt elke keer wakker van de piepen. De andere kant van de lijn geeft wel wat weerstand, er zit iets aan, maar wat precies weet ik niet. Het is dat hier geen brasem zwemt… Eenmaal bij de kant schijnt Simon met zijn lamp op het water en tot onze verbazing zien we een vrij grote flank met schubben. Toch karper en niet eens heel kleine. De vis lijkt ook te beseffen dat ze gehaakt is maar na een tweetal kleine spurts steekt Simon het net onder de vis. De eerste is binnen!
De weger geeft 14,4 kg aan, een mooie start. Een paar foto’s en weer terug om je vrienden te halen. De rest van de nacht is het rustig en rond een uurtje of acht stap ik uit mijn tentje. Een mistige morgen met een klein zonnetje erbij. Heerlijk!
De komende drie nachten zullen we op de landtong blijven vissen en andere stekken aanvoeren voor later in de week. De tactiek voor nu is om de overkant te bevissen zonder al te veel voer. Zo hopen we de eerste nachten ook al wat vis te vangen.
Het weer is zomers, met temperaturen van 26+ overdag is het goed toeven. We verwachten dan ook niet veel vis overdag. Met een beetje gezellig ouwehoeren, biertje erbij en genieten van vissen vullen we de dagen. Helaas zijn de tweede en derde nacht zonder vis. Het lijkt erop dat de vis niet erg veel zin heeft om uit de armen te komen. De korte arm, aan de kant van Thomas en Ian, zit vol met vis. Met de struinstok wordt geprobeerd om toch nog wat te vangen maar meer dan een karpertje van nog geen pond (voor Thomas) wordt het niet.
De vierde dag is aangebroken en staat in het teken van verkassen. Simon en ik zullen naar het reservaat gaan. Het andere koppel gaat de korte arm in. Na een nacht daar zullen ze doorgaan naar stek 10 “the beach”. Deze stek is dan vier nachten bevoerd en de verwachting is dat de vis er wel op zal liggen. Het verkassen is een hele operatie, spullen inpakken, in de boot laden, naar de nieuwe stek toe en daar weer alles opzetten.
Het reservaat ligt er overdag rustig bij, maar als de zon onder is beginnen de vissen met springen en dat houdt pas op in de late morgen. Het springen lijkt het startsein te zijn van actieve karpers en we hopen dan ook dat de runs snel zullen volgen. Maar de eerste avond op de nieuwe stek brengt eerst in ieder geval regen en onweer. Deze lijkt steeds dichterbij te komen en we bespreken onze mogelijkheden, als het te erg wordt draaien we de stokken binnen maar als dit moment komt is het meestal al te laat. Uiteindelijk zou de onweer tot op ongeveer 900 meter naderen, maar weg kan je dan toch niet meer. Gelukkig blijft het daarbij voor onweer en regen de week. De volgende dag horen we dat team “cheese&onion” de lijnen aan het uitvaren was tijdens de bui. Wat een contrast in beleving.
We hebben besloten om om en om met boilies en partikels te vissen. Links links (L1) gaat een boilie met nepmais, links rechts (L2) twee tijgernoten met nepmais. R1 ook tijgers en R2 ligt als enige hengel niet aan de overkant maar in het midden met een snowman van RRboilies en een 10mm gifgroene Spicy pop-up. De laatste gebruik ik eigenlijk altijd in mijn visserij. Ik ben er zeer van overtuigd dat deze presentatie vis op gaat leveren. Ook op het kanaal brengt deze presentatie de meeste vissen op de kant. Ik denk dat combinatie een licht aasje oplevert dat voor karpers niet te weerstaan is, misschien zou dit gemakkelijk op te nemen of moeilijk om te ontdoen moeten zijn maar feit is dat het lekker vangt.
Het vertrouwen is goed als we rond een uurtje of één plat gaan. Een kwestie van tijd zal het zijn voor we met de waadpakken in het water staan. Op deze stek is dit de makkelijkste manier op de vis binnen te halen. Alleen in noodzaak gebruiken we de boot.
Heerlijk in dromenland hoor ik een aantal piepen, snel het waadpak in, Simon slaat aan. Het is de hengel aan de overkant. Deze stek leverde verleden jaar ook een aantal mooie vissen op. De tegenstander is niet erg groot en na een aantal minuten vangt Simon zijn eerste vis van de sessie. Een nette spiegel van 8,5 kg is het eerste slachtoffer. Het gemiddelde gewicht op deze stek was verleden jaar wel wat laag (een aantal vissen onder de 10 kg en niet één boven de 15 kg), hopelijk wordt het dit jaar wat beter. Na een korte fotosessie zetten we de vis terug en ben ik aan de beurt. Het is 05:10 uur dus nog genoeg tijd voor vis.
In m’n beleving is het maar een aantal minuten later voor de meest rechtse hengel gaat. Deze keer een mooie fluiter en ik spring in mijn slippers en in de boot met de hengel in mijn hand. Niet om uit te varen, maar vanaf de boot is het makkelijk om de vis zo te dirigeren dat deze niet te takken in zwemt aan de eigen kant. Daarbij moet ik zeggen dat ik door de run mezelf geen tijd gunde om mijn waadpak aan te doen. Ook deze vis is niet een erge krachtpatser maar wel een hele mooie. Een rijenachtige van 13kg. Later wijst Thomas ons erop dat het één van de fotovissen is.
Deze fotovissen zijn vissen die we kennen van foto’s die we van Joris (de eigenaar) hebben ontvangen. Een vijftal mooie vissen die we allen graag op de kant halen.
Thomas en Ian vangen deze nacht en ochtend ook allebei een vis. 13,5 en 14+. Allemaal van de nul af, dat is goed nieuws. Ze besluiten wel om te verkassen naar het strand ondanks de vangsten, de vissen komen van links en aangenomen wordt dat de vissen vanaf het voer op het strand naar de kleine arm zijn gezwommen.
Ook is het weer boodschappendag, de lijstjes worden gemaakt en deze maal gaan Simon en Thomas naar de winkel. Ik blijf bij Ian achter en we genieten van een honingrummetje en de zon. Simon en ik hebben de hengels op de kant gehaald en de stekken aangevoerd. Zo kunnen de vissen in alle rust azen, wat weer meer aanbeten de komende nachten zou moeten opleveren (hopen we). De stek van Ian en Thomas is zeer zonnig en warm en na een paar rum doen we een klein middagdutje. Heerlijk zo, het vissersleven. Lekker ontspannen en genieten.
Rond vier uur zien we de boodschappenboot aankomen, we gooien een maccie (gezond eten staat voorop tijdens deze visweek ) naar binnen, verdelen het verdere voer en weer terug naar eigen stekken. Fish on!
De maaltijd is deze avond een hele kip, voor morgen zalmmoot met gebakken aardappels en voor later hebben we nog ravioli, soepen, stokbrood, eieren. Omkomen van de honger zullen we niet. Ook zijn de koelboxen met koud bier weer gevuld, een mens moet goed drinken tijdens deze warme dagen wordt ons altijd verteld, dus dat doen we zonder gezeur.
De komende nacht brengt twee aanbeten, de eerste wordt helaas verspeeld door Simon op een onderwater staande boomstronk, balen maar dat hoort erbij. Les geleerd, nooit meer doen! Het wordt alweer licht als R1 afgaat, deze hengel ligt richting een omgevallen boom aan de overkant. Afgesproken is om zo spoedig mogelijk aan te slaan, een kleine race om wie als eerste in het waadpak is wordt nipt gewonnen door mij en ik sla de hengel aan, als ik deze onder controle heb, geef ik m door aan Simon. Hij kan de vis afdrillen. Een mooie kale spiegel van ruim 12 kg. Omdat het al licht is maken we ook een aantal foto’s in het water. Een mooie resultaat met nog wat nevel op de achtergrond.
Ik ben weer aan de beurt, altijd leuk om om de vis te vissen. Zo vang je allebei wat en als je aan de beurt ben heb je de beschikking over alle hengels.
De ochtend begint met een heerlijk gebakken eitje met spek en een koffie. Ik denk dat we aan het einde van de week zelf een ei zijn, zoveel eieren gaan er doorheen. De rest van de dag is een beetje ontspannen. Wel lopen we nog langs de waterkant om vis te lokaliseren, achteraan het reservaat vinden we een hoop vis, hopelijk kunnen we ze onze kant op lokken. Net als in de andere arm lijkt de vis redelijk honkvast te zijn en zwemmen ze alleen in de nachtelijke uren uit. Om de vis wat meer te laten wennen aan het voer en ze hopelijk wat beweeglijker te maken voeren we verspreid wat boilies over het reservaat.
Het avondeten is deze keer 5 sterren. Zalmmoot met aardappelblokjes gebakken met paprika en ui. Heerlijk afgetopt met een koud biertje. Het leven is toch wel goed aan de waterkant. Niet alleen maar staren naar je dobber en bier drinken zoals collega’s en andere niet vissende kennissen altijd denken. Als je ziet hoeveel tijd en werk er zit in het vervoer van alle spullen, uitzoeken en onderhouden van stekken, verkassen en boodschappen doen dan lijkt het bijna op werken. Alleen dan zonder betaald te worden. Ach ja, zonder moeite ook geen beloning en het is het vaak uiteindelijk allemaal waard.
De nacht valt en we hopen op minimaal weer twee aanbeten. Ook zou het leuk zijn om al ‘s avonds wat te vangen. Tot nu toe is het allemaal in de vroege ochtend. De eerste aanbeet komt rond vier uur en het blijkt net geen 15 kg (14,95 kg om precies te zijn). Ook deze vis levert weer niet erg veel sport, naar binnen halen en naar het net dirigeren lijkt toch wel de regel. Later blijkt dat het dezelfde vis is die ik de eerste nacht al ving, alleen een pond zwaarder. Ik baal er wel van dat het dezelfde vis is maar niks aan te doen. Als blijkt dat het ook nog de enige vis is die we die nacht vangen kunnen we wel concluderen dat het allemaal nog niet optimaal loopt. De vissen lijken niet erg happig te zijn en we zullen alle zeilen bij moeten zetten. Veel voeren lijkt in ieder geen vruchten af te werpen dus we besluiten de rest van de week rustig aan te doen met voeren en zo proberen om alles eruit te halen wat erin zit. De winst zullen we moeten halen met variëren in aas en aanbieding. Ook de jongens op het strand beleven een teleurstellende eerste nacht. Geen staart gezien.
De nachten zijn in tegenstelling tot verleden jaar erg licht. Een kleine kamerlamp in de vorm van een volle maan verschijnt elke avond weer aan de hemel. Erg jammer want ik had me verheugd op een mooie sterrenhemel met meer sterren dan je je kan voorstellen. Verleden jaar keken we met veel bewondering naar de lucht als we midden in de nacht op het midden van het meer dobberden na het vangen van een vis. Of de maan nog invloed heeft op de vangsten weet ik niet. Er is genoeg over geschreven maar de meningen verschillen als dag en nacht. Het zal wel met meerdere factoren te maken zoals je eigenlijk vaak ziet in de visserij.
We zijn nu zes nachten aan het water en de vangsten zijn nog niet echt wat we ervan verwacht hadden, we waren misschien wat overmoedig aangezien we dachten dat we minimaal net zoveel als verleden jaar zouden vangen door tegen de kanten te vissen. Niets is helaas minder waar, de vis lijkt een stuk passiever. Maar goed met nog twee nachten te gaan hebben we nog genoeg tijd om er wat van te maken.
De Beach Boys besluiten om de stek nog een kans te geven, wordt het niks dan verkassen ze terug naar de korte arm. Wij blijven sowieso op stek acht bij het reservaat. De runs komen hier redelijk constant en een andere stek (terug naar de landtong) schiet ook niet op denken we, aangezien alle vis die we gezien hebben in de armen ligt).
De volgende nacht is er een om zo snel mogelijk te vergeten. Twee aanbeten, twee gelost. Allemaal erg zuur maar dit hoort ook bij het vissen. Ikzelf heb het ook gehad en niet alleen benadeel je jezelf maar ook je vismaat. Dat maakt het extra zuur. De eerste vis kwam rond half drie, iets eerder dan we gewend waren.
Maar goed, de vis, ik sla aan, Simon pakt zijn waadpak. Voor hoever ik het zou kunnen voelen heb ik een goede vis aan de andere kant van de lijn. Rustige slagen en weinig aantrekken van wat de visser wil. Ik geef de hengel over aan Simon. De dril verloopt rustig en lijkt goed te gaan. Na een aantal minuten is de vis voor de kant en wil verder naar links, over de twee andere lijnen. De druk wordt wat opgevoerd om dit te voorkomen en dat lijkt redelijk te lukken. De vis komt nu goed dichtbij en ik sta klaar met het net, we flinke kolk recht voor onze neus. De vis geeft zich nog niet gewonnen maar ik vraag aan Simon of ik m mag scheppen als ik de mogelijkheid heb, hij stemt toe en ik zie de vis voorbij zwemmen maar nog net buiten bereik. Simon voert de drukte wat op om hem onze kant op te krijgen. Dan schiet opeens het lood uit het water en recht de hengel zich. Kans verkeken, vis weg. Beide balen we enorm, ik heb me nog nooit zo rot gevoeld om het lossen van het vis door een ander. We waren zo dichtbij. Terug de tent in en hopen op een snelle herkansing. Het is alweer licht als R1 er vandoor gaat. Simon slaat aan, haalt anderhalve keer en ook deze vis zwemt niet verder onze kant op. K u t z o o i, ik duik m’n tent in en kom er pas om kwart over tien uit. En dat is uniek, voor degenen die me niet zo goed kennen.
De ochtend zitten we te mokken en te praten over de twee lossers. ‘s Avonds hadden we een film gekeken, “blow” met Johnny Depp. Een regel uit de film was iets als ‘als het goed gaat kan het niet op, maar als het tegenzit lijkt het hopeloos’. Dit is eigenlijk wel erg toepasselijk bij vissen, bij vannacht. Anderzijds zijn de pieken nooit zo mooi zonder de dalen alleen heb je daar op zo’n moment geen zak aan.
Midden op de dag, een paar piepen van de hengel recht aan de overkant. De vis (wat vis in de middag?) koerst gelijk de verkeerde kant op. De takken in, pogingen om ‘m te keren leveren niks op. Simon de boot in, zonder schepnet, rechtsomkeert keren schepnet halen, nu op pad met schepnet. Hopelijk zit de vis er nog aan. Eigenlijk had ik zelf de boot in moeten springen om te navigeren maar ik blijf aan wal, geen idee waarom maar als ik m’n vismaat bezig zie ben ik bijna geneigd om er naar toe te zwemmen om te helpen. Niets is erger dan toekijken zonder te kunnen helpen. Simon moet nu drillen, navigeren met tegenwind en ook de vis uit de takken vissen, letterlijk. Leuk detail is dat de polen los gaan van de accu dus varen werd ook lastig. Goed voor het hart dit, maar na wat pogingen komt de vis los. De lijn is gerafeld maar lijkt de proef te doorstaan. Tot nu toe in ieder geval. Simon drijft nu midden op het water dus de vis kan zonder verdere problemen afgedrild worden, als de lijn het maar houdt. “Schep hem, schep hem”, roep ik vanaf de kant. Als deze ook gelost wordt hebben we beide een zenuwinzinking denk ik. Gelukkig loopt het goed en vaart Simon met de vis naar de kant.
Een ware trofee blijkt het. Een ruim twintigtal kilo’s hangt in de weegzak, een goedmakertje voor Simon(?), zo leert hij het nooit bedenk ik me… Geintje natuurlijk!
Het is ‘m gegund, Niks is erger bij het vissen dan verspelen, laat staan twee. Een fotoshoot en wat filmwerk zowel op de kant als in het water en het varken mag weer zwemmen. Mooi werk!
Voor PR’s hebben we champagne en sigaren mee, de champagne blijft in de tas maar een sigaar gaat eraan. Dit voelt als een kleine overwinning en die moeten gevierd worden. Ook ik word die middag nog een soort van beloond want rond kwart over twee loopt ook L1. Deze had ik al opgegeven maar hij blijkt nog goud waard. De vis geeft mooie sport en blijkt een schitterende spiegel van 14 kg te zijn. Echt genieten van de vangst kan ik alleen niet, want de vis bloedt als een rund uit één van zijn kieuwen. Een foto op de kant wordt ‘m niet, de vis blijft klapperen en moet terug. In het water nog een foto en zwemmen maar. Hopelijk houdt hij of zij er niks aan over.
De verklaring voor de vissen overdag lijkt in de wind te liggen, voor het eerst deze week waait het redelijk en dit lijkt de vis wat te hebben geactiveerd. In de namiddag zwakt de wind weer af en zijn wij ook weer terug bij af. Nog één nacht te gaan, hopelijk komt er nog wat moois vanaf. De anderen vingen deze nacht wel vis. Drie stuks zelfs waaronder een spiegel die ik verleden jaar ving, alleen nu op 15+.
Soep, ravioli, groenten & bier vormen het laatste avondmaal. De maan die de hele week de lucht heeft verlicht blijft de laatste twee nachten wat langer weg. Vooral de laatste avond is een schitterende sterrenhemel te zien. Simon is kapot, weinig geslapen in tegenstelling tot mijzelf, dus hij gaat rond negen uur op de stretcher liggen. Ik zet de dvd-speler weer aan en kijk naar Pilaar en Hofman parkfishing, meer lachen dan vissen dat, bijna. Want vis vangen ze genoeg. Simon kijkt vanuit z’n tent mee. Rond elf duik ik ook op m’n stretcher. Morgen wordt een lange dag van opruimen en terugrijden. We spreken met de anderen af om rond twaalf uur te vertrekken zodat we rond 22:00 uur wel eens thuis zouden kunnen zijn… (We wish!)
Maar goed, nog één nachtje, de hoop is weer minimaal twee vissen, maar het mag ook wel storm lopen. Rij liever op m’n tandvlees naar huis door slaapgebrek dan zo fris als een hoentje door een blank. De eerste dient zich aan op R1, weer een tijgernootje, een dubbele met een stukje kurk. Partikels gaan het beste deze trip, ik denk dat van de dertien runs er 9 op noot of pinda zijn gesneuveld. De vis, wederom geen krachtpatser. De vissen hier zijn niet van die vechtmachines, op zich wel jammer maar dat verschilt per water. Doe je niks aan. Met een 10,2 kg de op één na kleinste. Wel weer een hele mooie. Dat mag gezegd worden, de vissen zijn stuk voor stuk pareltjes. (uitzondering daargelaten uiteraard, dikke boilievreters zijn vaak niet de mooiste maar compenseren dat met gewicht).
Wat mijn laatste trucje blijkt te zijn is een 14,2 kg zware spiegel met mooi patroon, over mooie vissen gesproken. Het is nu weer Simon zijn beurt en hoezeer ik nog hoopte op een dagvis, voor mooie dagfoto’s, is dat me niet gegund deze trip. Simon echter, vangt ‘s ochtends nog een mooie negenentwintiger, ponden geen kilo’s. Het zonnetje is al wakker en dit levert wat leuk foto- en filmwerk op. Het blijkt een spiegel te zijn die Thomas en ik verleden jaar beide vingen in één nacht. Thomas met avondschemer en ik met ochtendschemer, als dat een woord is. Wel is deze nu een twee kilo aangekomen. De groei is goed te noemen op Fragne terwijl er maar inclusief onszelf acht weken gevist is dit jaar. Genoeg natuurlijk voedsel dus, de vissen hebben ons niet nodig en laten ons dus ook links liggen wanneer zij daar zin in hebben. Zoals eigenlijk ook wel een beetje gebleken is deze week.
Onze vrienden in de andere arm kennen een jammerlijk eind, een geloste vis maar met nog twee vissen van rond de 15 kg toch nog een prima nacht.
Uiteindelijk zijn er 17 van de 21 runs verzilverd, een veertiger, vier dertigers en maar één onder de tien kilo. Prima resultaat alleen de aantallen vallen iedereen tegen. Voor mijzelf geldt ook dat al mijn vissen tussen de 13 & 14,9 (5) kilo waren en daarmee geen Frankrijk waardige vangst. Hiermee wil ik zeggen dat ik meer verwacht van een week vissen op een meertje met redelijk wat grote vissen waarvoor je 1800 km rijdt met al het gedoe eromheen. Anderzijds weet ik ook hoe het is om niks of weinig te vangen dus echt klagen wil ik ook niet.
Opruimen, inpakken en naar huis, 850 kilometer, met een aanhanger is al geen pretje maar als je dan rond Parijs ook nog 3,5 uur doet over 68 km dan is de terugreis toch wel het meeste zaad. Lang verhaal of liever gezegd lange reis kort besproken. We waren pas kwart over twaalf in Brielle, terwijl de Tomtom kwart over acht meldde…
Voor volgend jaar geen Fragne, wat wel weet ik nog niet, de winter is de tijd om dat te bepalen.